Serie 'Beleggen voor een goed pensioen'

Deel 2: Hoe het Unilever Pensioenfonds belegt
 

In het eerste deel van deze serie legden wij uit dat beleggen nodig is om de pensioenen betaalbaar te houden én om ze jaarlijks te kunnen verhogen. In dit deel leggen we uit hoe wij beleggen én dat we daarbij geen onverantwoorde risico’s nemen. Voorwaarde bij al onze beleggingen is namelijk niet alleen dat de verwachte opbrengsten aantrekkelijk zijn, maar ook dat de risico’s beheersbaar blijven.

Unilever betaalt Forward jaarlijks een premie die is bedoeld voor de pensioenopbouw van alle medewerkers in dat jaar. Wij beleggen dat geld en hanteren daarbij een goed doordacht beleggingsbeleid dat uitgaat van een optimale afweging tussen rendement en risico. Vanzelfsprekend geldt dat ook voor het vermogen van Progress, het onderdeel van het Unilever Pensioenfonds waar sinds 2015 geen nieuwe premies meer binnenkomen.

Beleid gebaseerd op vijf pijlers
Het strategisch beleggingsbeleid van het Unilever Pensioenfonds is gebaseerd op vijf pijlers. Vier pijlers zijn primair gericht op het beheersen (uiteraard tot op zekere hoogte) van financiële risico’s.

De pijler ‘Duurzaam beleggingsbeleid’ gaat over klimaat, natuur, sociale kwesties en bestuur van ondernemingen. Deze pijler draagt niet alleen bij aan het beperken van (met name niet-financiële) risico’s, maar is vooral gericht op langetermijn waardecreatie.

  1. Spreiding over verschillende beleggingscategorieën
    Het complete vermogen beleggen in bijvoorbeeld uitsluitend vastgoed, de IT-sector of China brengt onverantwoorde risico’s met zich mee. Wij spreiden onze beleggingen daarom over diverse beleggingscategorieën (aandelen, vastgoed etc.), maar ook per sector én geografisch. Zodoende spreiden wij de risico’s.

    Bij ons belegd vermogen maken we onderscheid in twee portefeuilles, elk met een eigen mate van risico:

- Groeiportefeuille:
deze is bedoeld om extra rendement te behalen, met iets meer risico. Dit betreft met name aandelen, hoogrenderende obligaties en vastgoed.
- Stabiele rendementsportefeuille:
deze kent een aanzienlijk kleiner risico. Dit betreft staats- en bedrijfsobligaties, Nederlandse hypotheken en liquide middelen.         

In onze zogenoemde “strategische beleggingsmix” is vastgelegd hoe de beleggingen over deze twee portefeuilles verdeeld zijn.

>> Bij Forward is de verdeling: 60% groei- en 40% stabiele rendementsportefeuille.
​​>> Bij Progress is het belegd vermogen gelijk verdeeld; zowel de groei- als de stabiele rendementsportefeuille heeft een omvang van 50%.

  1. Vermindering van de valutarisico's
    Ons vermogen is niet uitsluitend in euro-landen belegd. We hebben dus ook met andere valuta te maken. Het beleggen van vermogen in vreemde valuta brengt risico's met zich mee, omdat die vreemde valuta meer of minder waard kunnen worden.

    In principe is dit geen risico waar we rendement op willen behalen, maar we willen er ook geen verlies op leiden. Daarom dekken wij dit soort risico’s af met behulp van zogenoemde ‘valutaderivaten’. Hierdoor wordt ons belegd vermogen minder gevoelig voor valutaschommelingen ten opzichte van de euro.
     
  2. Vermindering van de rente- en inflatiegevoeligheid
    Een daling van de rente en een stijging van de inflatie zijn beide risico’s voor pensioenfondsen. Door het afsluiten van rente- en inflatiederivaten beperken wij deze risico’s. Bij rentederivaten werkt dit werkt als volgt.

    Een rentedaling zorgt voor een stijging van de verplichtingen. Dat werkt net als bij een gewone spaarrekening: als de rente op 1% staat, moet je meer inleggen om over vele jaren je spaardoel te halen dan wanneer de rente 5% is.
    Bij een lagere rente heeft een pensioenfonds dus meer geld ‘in kas’ nodig voor het uitbetalen van alle huidige en toekomstige pensioenen.

    Pensioenfondsen kunnen het risico op een dalende rente gedeeltelijk afdekken. We leggen dan in contracten (‘derivaten’ genoemd) vast dat wanneer de rente daalt, we toch recht houden op de afgesproken (hogere) rente. Zo wordt het renterisico verkleind.
    Dit heeft ook een keerzijde: als de rente stijgt, zorgt de afdekking juist voor een verlies. 

De mate waarin wij het renterisico afdekken, is gekoppeld aan de hoogte van de rente: bij een hoge rentestand dekken we meer af dan bij een lage rentestand. Het risico van een daling van de rente is dan groter dan bij een lagere rente.
Zie ook het recente bericht Risico's bij Progress verder afgebouwd

  1. Duurzaam beleggingsbeleid
    De vierde pijler betreft een actief beleid voor duurzaam beleggen. Meer hierover leest u later, in deel 5 van deze serie.
     
  2. Toepassing van een dynamisch beleggingsbeleid (bij Progress)
    Deze pijler is alleen van toepassing bij Progress, het onderdeel van het Unilever Pensioenfonds waar sinds 1 april 2015 geen nieuwe pensioenen meer worden opgebouwd. We bouwen bij Progress het risico af wanneer Progress er financieel beter voor komt te staan. Het doel hiervan is om het vermogen te beschermen ten behoeve van toekomstige pensioenverhogingen.

Tot zover HOE wij beleggen.
In de volgende eService lees je meer over beleggen in de praktijk.
 

Terug- en vooruitblik op deze serie ‘Beleggen voor een goed pensioen’
Deel 1: Waarom wij beleggen (oktober 2022)
Deel 2: Hoe wij beleggen (deze editie)
Deel 3: Beleggen in de praktijk (januari 2023)
Deel 4: Beleid voor duurzaam beleggen (mei 2023)
Deel 5: Duurzaam beleggen in de praktijk (zomer 2023)

Deel 6: Beleggen nu vs. beleggen in het nieuwe stelsel (najaar 2023)